U, bezoeker van mijn website, krijgt ter gelegenheid van het aankomende nieuwe jaar een lijstje van me met boeken over het Midden-Oosten die ik met plezier heb gelezen of nuttig heb gevonden (wat ook plezierig is). En die ik u ook aanraad. Ze zijn min of meer nieuw en gewoon verkrijgbaar behalve het laatste op mijn lijstje, De Weg naar Mekka van Moehammad Asad, dat er alleen als ebook is. Voor een tweedehandse papieren versie zult u veel moeite moeten doen. Ikzelf kwam het jaren geleden in een Londens antiquariaat tegen.
U vindt onder de negen liefst drie boeken over Iran. En ik had er wel tien op kunnen zetten. Over sommige landen (of conflicten) wordt nu eenmaal meer geschreven dan over andere en Iran, zowel heden als verleden, is een heel populair onderwerp. Mijn eigen eerste boek ging ook over Iran, Iran achter de schermen in de achter-de-schermen-serie van de NRC. Ook over Israël, al dan niet met de Palestijnen, wordt veel geschreven. En ik betrap me erop dat er op mijn lijstje ook veel geschiedenis staat.
Met de jarenlange ervaring als boekhandelaar waarschuwde mijn broer Wouter Roelants me toen ik me zelf aan het schrijven van boeken waagde dat andere Midden-Oosterse onderwerpen dan Iran en Israël nauwelijks verkopen. Toch begin ik mijn lijstje met een boek over Jemen.
Want wat een boeiend boek! Je voelt dat het met veel liefde is geschreven. Over Jemen nota bene, dat daar helemaal voorbij Saoedi-Arabië vergeten ligt te zijn. Ja, het gaat over de oorlog en de Houthi’s en staatsgrepen maar het is ook een familiegeschiedenis, van Wanrooij zelf, die in Jemen uit avontuurlijke ouders is geboren, en die van zijn Schots-Jemenitische vrouw Sara en haar familie, die uiteindelijk hier belandt. En, zoals hij schrijft in de proloog, ‘een verslag over de geleidelijke teloorgang van een regio en de flinterdunne grens tussen hoop en wanhoop’. Lees het!
Ik weet nu hoe ik zijn naam uitspreek nu ik hem geïntroduceerd heb horen worden in de podcast Empire waarin hij meewerkt aan de serie Empires of Iran. Een nieuwe geschiedenis van de eerste supermacht ter wereld, luidt de ondertitel. Daarmee zullen de Iraniërs het volmondig eens zijn want die zijn nogal trots op hun oude geschiedenis, de tijd van de Cyrussen en Dariussen en Xerxessen. Het is een heel toegankelijk boek waarin de historicus Llewellyn-Jones afrekent met het idee dat het hier in Europa allemaal begon met de Griekse beschaving toen die afrekende met de Perzen, te beginnen met de slag bij Marathon (490 v. Chr.). Eigenlijk rekent hij af met de oude Griekse geschiedschrijvers, voorop Herodotus en zijn Historiën.
W. Morgan Shuster, The Strangling of Persia. Oorspronkelijk gepubliceerd in 1912 maar nu in facsimile herdrukt door Franklin Classics Trade Press. 423 blz.
Het is het relaas van de Amerikaanse jurist W. Morgan Shuster over zijn acht maanden in Perzië in 1911 als begrotingsdirecteur in dienst van de Majlis, de volksvergadering die in het kader van de zogeheten Constitutionele Revolutie in 1906 veel macht in handen had gekregen. Dat is niet goed afgelopen, zoals u begrijpt wanneer u naar de titel van Shusters boek kijkt. Met dank aan Groot-Brittannië en Rusland, de mogendheden die zich toen, zoals later Amerika, het recht toeëigenden om in te grijpen voor eigen gewin. Shuster maakt zich daar mateloos kwaad over. Zie ook de ondertitel van zijn boek: ‘Verhaal van de Europese diplomatie en Oriëntaalse intrige die resulteerden in de denationalisatie van twaalf miljoen mohammedanen’.
Wat ik wel wist, was dat Nederland prima betrekkingen onderhield met het Iran van de sjah. Maar ik realiseerde me niet hóe belangrijk die waren. Althans hoe belangrijk die door achtereenvolgende regeringen werden geacht. Zo belangrijk namelijk dat prinses Beatrix
in september 1971 speciaal naar Teheran moest reizen om uit te leggen waarom ze niet zou gaan naar het grote feest in Persepolis voor 2.500 jaar Perzisch rijk. Anders zou de sjah wel eens beledigd kunnen zijn, en dat zou niet goed zijn voor het Nederlandse bedrijfsleven dat buitengewoon goede zaken met hem deed. De Nederlandse regering blijft werkelijk tot op het moment van de islamitische revolutie van 1979 bezig met de zeer lucratieve orders uit Teheran, denk landbouw, scheepsbouw. Erg interessant boek.
Michael Barnett, Nathan Brown, Marc Lynch en Shibley Telhami, The One State Reality, Cornell University Press, 2023, 364 blz.
Over Israël en de Palestijnen dus. Het is een bundel artikelen, geredigeerd en voor een deel ook geschreven door bovenstaande vier deskundigen, die zeggen een begin van een antwoord te willen geven op de vraag What is Israel/Palestine? wat ook de onderkop van het boek is. Erg nuttig om kennis van te nemen onder de huidige omstandigheden van de éénstaatwerkelijkheid. Dat wil zeggen niet de door veel Palestijnen gewenste democratische éénstaatoplossing (als de tweestatenoplossing dan niet lukt) maar de stand van zaken van gisteren en vandaag en ongetwijfeld ook morgen waarin de bezette Palestijnen als tweede-of-lagererangs burgers worden behandeld.
Shavit was journalist bij de Israelische centrumlinkse krant Haaretz. Hij schreef een heel goed en eerlijk boek over het ontstaan en de ontwikkeling van Israel waarin hij de verdrijving en onteigening van de Palestijnen niet verdoezelt. De triomf en tragedie van Israël, luidt dan ook de ondertitel. Een inmiddels wat ouder boek, maar als basis zeer de moeite waard.
Heden en verleden van een ruïnestad. Kunstenaar Theo de Feyter is er als reisleider tientallen keren geweest, maar hij heeft er ook, voor de oorlog in Syrië tussen Assads regime en oppositie in 2011 begon langere tijd doorgebracht om de ruïnes te tekenen en schilderen. In 2019, wanneer hij er weer is, ziet hij hoe groot de schade van die oorlog is, inclusief die van de terreurbeweging Islamitische Staat die er in 2017 uit werd verjaagd. De Triomfboog, de Baalshamin-tempel, de grote tempel van Bel zijn allemaal door IS opgeblazen of kapotgeschoten. Het boek gaat over de oude en nieuwe ruïnes en hun cultuurhistorische rol. Met foto’s en véél tekeningen en gouaches van De Feyter zelf.
David Fromkin, A Peace to End All Peace. The Fall of the Ottoman Empire and the Creation of the Modern Middle East. Phoenix Press, 2003, 635 blz.
Ik noemde A Peace to End All Peace ook in mijn boeken Wereld in Wanorde (2021) en Dwars door het Midden-Oosten (2019), maar het is nu eenmaal het beste boek dat ik in de loop der jaren heb gelezen over de soms fatale beslissingen van de geallieerden in en na de Eerste Wereldoorlog, Wat er in die periode gebeurde – de nederlaag en ontmanteling van het Ottomaans Rijk en de verdeling van de Ottomaanse provincies in Britse en Franse invloedssferen – verklaart een hoop van de huidige problemen. De Turkse president Erdogan verwijst er ook met enige regelmaat - verlangend? - naar terug.
Mijn versie stamt uit de jaren vijftig, maar als The Road to Mecca is het nog altijd als ebook te krijgen. Tijdens een kameeltocht naar de Saoedische heilige stad in 1932, mijmert Asad (geboren als Leopold Weiss) over zijn jeugd, zijn bekering tot de islam en zijn voorgaande jaren in de Midden-Oosterse wereld. Onder andere voert hij daar een twistgesprek met zionistenleider Weizmann (later president van Israël) en raakt hij dik bevriend met Ibn Saud, koning van Hejaz en Nejd en vervolgens van Saoedi-Arabië. Uit dit bijzondere boek blijkt zijn grote liefde voor het gebied en de mensen die hij ontmoet. Maar hij ziet ook (bij het schrijven in 1952): ‘dit Arabië bestaat niet meer [...] gevallen onder de dikke stroom olie en onder het goud dat deze olie inbracht’.